Huize Bijdorp

Bouwhistoricus J vd Hoeve

Twee-en- een-halve dag lang heeft Jan van der Hoeve tot op heden vertoeft op Huize Bijdorp om het hoofdgebouw van top tot teen te bekijken in het kader van zijn onderzoeksopdracht van de Congregatie. Van de kelders en ondergrondse gangen tot boven de plafonds en de onderkant van de daken. Dat is onder andere wat een bouwhistoricus moet doen om een bouw- en gebruiksgeschiedenis in beeld te brengen van de gebouwen op Huize Bijdorp. 

In 2019 is een groot deel van de gebouwen op Huize Bijdorp aangemerkt als gemeentelijk monument. Daarvoor is in opdracht van de gemeente een beschrijving gemaakt. Maar als je wilt weten hoe je een nieuw gebruik van de gebouwen kunt afstemmen op het monument, dan moet je diepgaander onderzoek doen. En dat is wat Jan de afgelopen maanden heeft gedaan en niet alleen op Huize Bijdorp zelf. Veel van de informatie over de geschiedenis van het gebouw moet je uit andere bronnen halen. Denk dan aan bouwtekeningen uit het archief van gemeente Voorschoten, kadastrale tekeningen, het archief van de Congregatie dat ondergebracht is in een Klooster in Sint Agatha (een dorp bij Cuijck), maar ook krantenartikelen, foto’s en ansichten. Op de vraag welke bron Jan het meest verrassend vond, antwoordt hij; ‘de kronieken van de zusters leveren interessante gegevens aan. Een kroniek is een chronologisch bijgehouden document van belangrijke feiten. Het gaat dan vooral over de Congregatie zelf, de nieuwe pensionaires of novicen, maar ook over verbouwingen. Bij Huize Bijdorp zijn die vanaf 1876 bijgehouden, handgeschreven natuurlijk. Daarnaast heb ik een tekening van zuster Jacqueline aangetroffen, die de bouwsporen van het 17de-eeuwse landhuis weergeeft zoals gevonden bij vernieuwing van de vloer in de ontvangstkamer. Een foto daarvan met de bijbehorende citaten is opgenomen in mijn rapport.’

Uiteindelijk leidt al dat onderzoek tot een lijvig rapport met de bouw- en gebruiksgeschiedenis en de waardestellingen. Bij de waardestelling wordt aangegeven of het onderdeel (gevel, kap, onderdeel, afwerking of interieur) een hoge, een positieve of een indifferente waarde heeft. Delen van het gebouw met een hoge monumentwaarde maken de geschiedenis als het ware ‘afleesbaar’. Positieve monumentwaarde worden toegekend aan onderdelen die het verhaal van het gebouw ondersteunen. Alle overige onderdelen worden aangeduid met indifferente monumentwaarde. Die dragen weinig of niet bij aan het verhaal van het gebouw. 

Bij nieuw gebruik houd je rekening met deze waardestellingen. Zo’n waardestelling kun je alleen goed begrijpen als je de geschiedenis en het gebruik van de plek helemaal kent. Op de vraag wat het meest kenmerkende was in de geschiedenis van Huize Bijdorp, zegt Jan: ‘er was constant ruimtegebrek door het toenemende aantal zusters, leerlingen en pensionaires. Dat leidde tot een grote serie van verbouwingen. Die geschiedenis is heel goed afleesbaar in de bebouwing’.

Wat Jan het meest bijzonder vond in Huize Bijdorp is dat het 17e-eeuwse landhuis nog terug te vinden is. Niet zozeer aan de buitenzijde van het complex want het is nauwelijks meer te zien door alle aanbouwen voor het klooster. Maar intern zijn nog veel sporen van het landhuis te vinden in bijvoorbeeld de constructie. Ook bijzonder zijn de scheidingen tussen geprofeste zusters, novicen en pensionaires. Zo zijn er bijvoorbeeld aparte gangen naar de kapel zodat ze elkaar niet hoefden tegen te komen. 

Jan is bij het uitkomen van deze nieuwsbrief nog niet helemaal klaar met het onderzoek. Als dat begin 2021 het geval is, dan weten we heel veel meer van de geschiedenis van Huize Bijdorp voordat de volgende stap in de tijd wordt gezet.